Kempense geit

De Kempense geit is door selectie ontstaan uit de veelkleurige (maar overwegend witte) 'schaapskopgeit', een grofgebouwde geit afstammend van de Keltische Witte geit. Deze geit kwam voornamelijk voor in de provincies Antwerpen, Limburg en Brabant. Door inkruisen van de productievere Saanen geit dreigde het oorspronkelijke type echter bijna volledig verloren te gaan.

Daarom voert SLE een actief beleid om de witte Kempense geit weer in ere te herstellen. Sinds 2007 werd SLE erkend voor het bijhouden van het stamboek.

De Kempense geit heeft een relatief korte brede kop. Het is een gedrongen geit met een brede borst. De poten zijn relatief kort en stevig, wat de gedrongen bouw nog wat accentueert. De haarkleur is wit tot geelachtig wit en het haar is niet zo kort en glad als bij de Saanen, met langer haar op de ruglijn, borst en achterhand.

Er komen zowel gehoornde als ongehoornde exemplaren voor, maar omdat we het meest oorspronkelijke type willen behouden, wordt de voorkeur gegeven aan gehoornde exemplaren. Een sik en halsbelletjes zijn gewenst evenals een bokkenpruik bij de bok.

Kempense geiten worden tussen de 12 en 15 jaar. Bij de bokken ligt dat wat lager.

De fiche met het fokkerijprogramma van de Kempense geit vindt u hier.

 

 

MEER INFO OVER DIT RAS

Kempense geit
Kempense geit

Klik op onderstaande pijltjes om naar het vorige / volgende ras van deze soort te gaan of druk op “overzicht” voor een overzicht van alle rassen.