IBR-bestrijding bij runderen

Het doel van het IBR-bestrijdingsprogramma is dat België IBR vrij wordt. De focus ligt voornamelijk op de doorgroei van bedrijven met een I2-statuut naar een IBR-vrij (I3-) statuut en het behoud van het IBR-vrije statuut. In deze fase worden ook  IBR-dragerstatuten toegekend aan runderen met een ongunstig serologisch onderzoek voor IBR gE antistoffen, met de bedoeling om  deze dieren af te zonderen en op termijn te verwijderen. Door middel van het uitvoeren van de volledige screenings op I2-beslagen, zullen zo alle IBR-dragers in kaart gebracht worden.

Overzicht IBR-beslagstatuten

Elk rundveebeslag in België beschikt over één van volgende IBR-statuten:

  • I2: Er is een verplichte vaccinatie én vaccinatieregistratie. Alle runderen van het beslag worden overeenkomstig het vaccinatieprotocol gevaccineerd. Zolang nog I2, dient jaarlijks een volledige screening uitgevoerd te worden.

Verkoop: enkel naar andere I2-bedrijven en gespecialiseerde I2-afmestbedrijven. Tot 1 november 2018 is afvoer naar een I2D tijdelijk mogelijk

Aankoop: Verplicht serologisch onderzoek bij aankoop (1 of 2 maal, zie tabel)

  • I2D (Vaccinatie derogatie): Een beperkt aantal IBR-dragers (max. 10%) worden overeenkomstig het vaccinatieprotocol gevaccineerd en op termijn afgevoerd. I2D kan slechts eenmalig toegekend worden en is beperkt in de tijd (1 jaar), het is een mogelijk overgangsstatuut naar I3 of I4.

Verkoop: Beperkt in tijd (1 november) kunnen runderen nog verhandeld worden naar een I3-statuut

Aankoop: Verplicht serologisch onderzoek bij aankoop (1 of 2 maal, zie tabel)

  • I2-afmest: Dit is een rundveebedrijf waar geen enkel rund wordt geboren en waar enkel en alleen runderen worden aangevoerd met het oog op hun vetmesting. Deze dieren verlaten het beslag alleen als slachtrund. Er is een verplichte vaccinatie én vaccinatieregistratie bij aankomst.

Opgelet: runderen van een I2-afmestbeslag mogen niet op de weide geplaatst worden.

  • I3: Het bedrijf is vrij van IBR. Dit betekent dat alle runderen van het beslag seronegatief zijn voor het wildvirus. Vaccinatie is toegelaten en in zekere gevallen sterk aanbevolen, doch niet verplicht. Wel zal er jaarlijks een opvolgingstest uitgevoerd moeten worden.

Verkoop: geen beperkingen

Aankoop: enkel dieren aankopen  van I3- en I4-beslagen, waarbij ook serologische onderzoeken bij aankoop uitgevoerd moeten worden. Tijdelijk (tot 1 november 2018) kunnen nog runderen afkomstig van een I2D aangekocht worden doch dit is niet aanbevolen.

  •  I4: Het bedrijf is officieel vrij van IBR. Dit betekent dat alle runderen van het beslag seronegatief zijn voor het wildvirus én het vaccinvirus. Vaccinatie is verboden. Jaarlijks zal er een opvolgingstest uitgevoerd moeten worden.

Verkoop: geen beperkingen

Aankoop: I4-beslagen mogen enkel dieren aankopen van I3- en I4-beslagen, waarbij ook serologische onderzoeken bij aankoop (opgelet IBR gB-antistoffen) uitgevoerd moeten worden.

Overzicht IBR-dierstatuten

Een van de principes van IBR-bestrijding is het afzonderen en op termijn verwijderen van met IBR-geïnfecteerde dieren. IBR-dragers zijn dieren die opgespoord worden via een IBR gE antistoffentest. Alle opgespoorde IBR-dragers worden geregistreerd in een nationale IBR-databank en raadpleegbaar in Veeportaal of per sms

  • IBR-onbekend (IA11): Runderen met het statuut IBR-onbekend zijn niet getest of hebben een negatief IBR-onderzoek.
  • IBR-drager (IA04): Runderen die sinds 1 januari 2017 minstens eenmaal positief getest hebben voor de IBR gE-antistoffentest verwerven het statuut van 'IBR-drager'.

Indien u op uw I2-beslag nog IBR-dragers hebt, zorg er dan bij voorkeur voor dat u ze apart van uw IBR-negatieve dieren huisvest en dat alle runderen goed en tijdig gevaccineerd worden. IBR-dragers vormen immers levenslang een risico voor uw andere runderen. Voor doorgroei naar een IBR-vrij statuut en om de kans op besmetting van uw andere dieren uit te sluiten, verwijdert u deze runderen ook best zo snel mogelijk van het bedrijf richting slachthuis of een bedrijf met I2-afmeststatuut. Sinds 1 mei 2018  mogen deze dieren sowieso niet meer in de reguliere handel.

Het bestrijdingsprogramma IBR wordt gecoördineerd door de FOD Volksgezondheid en financieel ondersteund door het sanitair fonds Runderen. Het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) controleert de naleving van de maatregelen. De verenigingen DGZ en ARSIA zorgen voor de praktische uitrol op het bedrijf.

Met uw vragen over IBR kunt u terecht bij uw bedrijfsdierenarts of de helpdesk van DGZ (tel. 078 05 05 23 of helpdesk@dgz.be).